
Er zijn van die momenten waarop ik in de keuken sta, de drukte van de wereld buiten sluit en het leven even heel simpel voelt. Een snijplank, een paar stevige appels, wat kruiden… en het besef dat je met zulke eenvoudige ingrediënten iets levends kunt maken. Fermenteren heeft voor mij nog steeds iets magisch – het is alsof de natuur een beetje meehelpt in de keuken.
Als ik dan na een paar dagen het deksel van de pot draai en dat frisse, lichtzure geurtje ruik, weet ik: het is weer gelukt. Zacht knisperende appeltjes, vol smaak en goed voor je darmen. Perfect als snack, bij het ontbijt of gewoon als klein genietmomentje tussendoor.
Wat heb je nodig
(voor één grote pot vol appelschijfjes)
- 2 à 3 stevige biologische appels (afhankelijk van de grootte)
- het sap van 1 citroen
- 8 gram zuiver zout (zeezout of steenzout, ik gebruik zelf graag Lima zeezout)
- 400 ml water
- 1 kaneelstokje en 1 steranijs of 3–5 laurierblaadjes
Tip: onderaan vind je meer ideeën voor smaakvariaties!
Keukengerei
Een glazen pot (ongeveer 1 liter) met fermenteer deksel of een weckpot
Een glazen gewichtje of iets plats en zwaars (zoals een glazen onderzetter, een klein glaasje of een glad steentje) om de appels onder het pekelwater te houden
Aan de slag
Maak de pekel
Meng het water met het citroensap en het zout. Roer tot het zout is opgelost.
Snijd de appels
Schil de appels niet (daar zitten juist de goede bacteriën op!), je kunt ze even afspoelen maar niet schrobben (gebruik daarom altijd biologische appels). Snijd ze in kwarten, verwijder het klokhuis en snijd de kwarten vervolgens in dunne plakjes van ongeveer een halve centimeter..
Vul de pot
Doe de appelschijfjes in de pot tot ongeveer 5 cm van de bovenrand. Giet de pekel eroverheen tot alles goed onderstaat. Vul eventueel bij met een beetje extra water.
Zorg dat alles onderstaat
Plaats het glazen gewichtje bovenop de appeltjes zodat ze niet boven komen drijven.
Laat de magie beginnen
Sluit de pot af en zet hem op kamertemperatuur, uit de zon.
Na 4 à 5 dagen zijn je appeltjes lichtzuur en heerlijk fris. Wil je een intensere smaak? Laat ze nog 1 à 2 dagen langer staan — maar pas op: te lang fermenteren geeft appelmoes 😉
Bewaren
Zodra je tevreden bent over de smaak, giet je het pekelwater af en bewaar je de appeltjes in de koelkast. Daar blijven ze ongeveer twee maanden goed. Laat je ze in de pekel staan, dan gaat het fermentatieproces langzaam door en worden ze zachter van structuur.

Variëren met smaken
Je kunt eindeloos variëren met kruiden en specerijen.
Probeer eens:
- Kruidnagel en kardamom
- Tijm of oregano voor een kruidige twist
- Munt of citroenmelisse voor een frisse, zomerse smaak
- Roomse kervel of rozemarijn voor een warm, aards accent
Laat je leiden door je zintuigen – wat ruikt lekker, wat trekt je aan? Fermenteren is niet alleen een proces in de pot, maar ook een uitnodiging om te vertragen en te experimenteren.
Serveerinspiratie
Gefermenteerde appeltjes zijn heerlijk bij:
- je ontbijt – als frisse topping bij havermout of yoghurt
- een salade – met noten, geitenkaas of veldsla
- gewoon uit het vuistje als gezonde snack
- of in een raw apple crumble – een verrassend lekker nagerecht
Eet smakelijk!
Deel jouw fermentatie-avontuur
Ik ben heel benieuwd hoe jouw gefermenteerde appeltjes zijn geworden! Laat het me weten in de reacties of deel een foto via Instagram en tag me op @lekkerfermenteren, ik vind het geweldig om te zien hoe iedereen op zijn eigen manier met fermenteren aan de slag gaat.
Wil je meer leren over het fermenteren van groenten, fruit, dranken en nog veel meer? In mijn Basiscursus Fermenteren leer ik je stap voor stap hoe je met vertrouwen kunt fermenteren – met duidelijke uitleg, heerlijke recepten en praktische tips om fouten te voorkomen. Zo wordt fermenteren een ontspannen en natuurlijk onderdeel van je dagelijkse keukenroutine.










